Voedingssupplement met sulforafaan uit broccoli voor de weerstand

Broccoli (Brassica oleracea) behoort tot de familie van kruisbloemigen, net als groene kool en spruitjes.

De cellen van kruisbloemige groenten bevatten glucosinolaten in hun cytoplasma. De glucosinolaten blijven stabiel tot op het moment dat ze in aanraking komen met een enzym uit de aangrenzende cellen, namelijk myrosinase (thioglucoside glucohydrolase). Dit enzym speelt een rol bij de verdedigingsmechanismen van de kruisbloemige planten. Het enzym is in staat de glucosinolaten, en dan met name glucorafanine, te hydrolyseren en te transformeren in isothiocyanaten zoals sulforafaan of indole-3-carbinol (I3C). Deze stoffen hebben de bijzondere eigenschap dat ze in ons lichaam fase II enzymen activeren: enzymen die belast zijn met het neutraliseren van kankerverwekkende stoffen.

Echter, wanneer kruisbloemige groente lange tijd wordt gekookt, dan wordt myrosinase inactief, en wordt de omzetting naar sulforafaan verstoord. Dat is dan ook de reden waarom er een tekort aan sulforafaan kan zijn, ook wanneer men regelmatig kruisbloemige groenten eet.

De vernieuwde Broccoli Sulforaphane Glucosinolate kan dan ook zorgen voor een constante hoeveelheid van deze belangrijke stof, en kan zo bijdragen aan een doeltreffende en wetenschappelijk onderbouwde bescherming. Het product is door de standaardisering van 10% sulforafaan het sterkst geconcentreerde en het meest stabiele product dat op dit moment te koop is. Het heeft bovendien de grootste biologische beschikbaarheid. Om de hoeveelheid sulforafaan van een tablet binnen te krijgen (30 mg), zou u 750 g rauwe broccoli moeten eten.

Celonderzoek en onderzoek bij dieren heeft aangetoond dat sulforafaan:

• kankerverwekkende stoffen neutraliseert door fase II enzymen te activeren die verantwoordelijk zijn voor de ontgifting. Bij een in vitrostudie op kankercellen van muizen bleek dat sulforafaan het enzymniveau doet toenemen bij de ontgifting van fase II, en dan met name het niveau van quinone reductase en glutathion S‑transferase (GST). Deze stof is in staat te reageren met verschillende endogene xenobiotische stoffen.
• bij dieren beschermt tegen kankers met een chemische oorzaak. Het aantal gevallen van borstkanker dat door chemische middelen werd veroorzaakt nam bij vrouwelijke ratten aanzienlijk af, en de tumoren van dieren die sulforafaan oraal hadden ingenomen waren duidelijk kleiner; toediening van broccolipoeder bij mannelijke ratten remt de ontwikkeling van darmkanker met een chemische oorzaak; toediening van sulforafaan aan muizen waarbij een prostaattumor is geïmplanteerd, leidt tot een verkleining van 50 tot 70% van de grootte van de tumor. Bij borstkanker zien we hetzelfde effect.
• een remmend effect heeft op de Helicobacter pylori: het heeft een bacteriewerende en bacteriedodende werking op de Helicobacter pylori; toediening van sulforafaan aan muizen met de Helicobacter pylori verlaagt het aantal bacteriën in het maagslijmvlies van de dieren en stopt de tumorontwikkeling in de maag die wordt veroorzaakt door benzopyreen. De toediening van sulforafaan bij patiënten die geïnfecteerd zijn met de Helicobacter pylori vermindert het aantal bacteriën aanzienlijk.